Ook bij de duurzaamheidsverslaggeving is de dubbele materialiteitsanalyse van toepassing en zien we regelmatig regeldruk ontstaan. Het duurzaamheidsverslag gaat namelijk nog een stap verder dan de muren van de onderneming die over duurzaamheid moet rapporteren. Je moet als accountant óók buiten de organisatie van je klant kijken om te komen tot een volledig beeld van de duurzaamheidsprestaties.
Bij duurzaamheidsverslaggevingsregels is de kring van stakeholders breder dan die bij de jaarrekening. Het gaat hierbij ook om individuen of groepen die geraakt (kunnen) worden (in positieve of negatieve zin) door de activiteiten van de eigen onderneming zelf, en/of de waardeketen. De waardeketen is een reeks van activiteiten die nodig is om een product of dienst te creëren die uiteindelijk toegevoegde waarde heeft voor de consument. Maar waarom is ook die waardeketen van belang? Dat lees je in dit blog.
Wat is de bedoeling van inzicht in de waardeketen bij duurzaamheidsverslaggeving?
Voor de duurzaamheidsverslaggeving gaat het erom dat je verder kijkt dan alleen de eigen activiteiten van de onderneming en dat je ook de impact meeneemt die vóór de eigen onderneming in de keten (upstream) en die daarna in de keten plaatsvindt (downstream). Want alleen dan krijg je echt goed inzicht in de gevolgen van de bedrijfsactiviteiten voor de drie duurzaamheidsaspecten: de E, de S en de G (Environment, Social en Governance). Het gaat hierbij om zaken met materiële impact.
Het inzichtelijk hebben van de waardeketen heeft twee doelen. Doel één is om de stakeholders en de duurzaamheidsonderwerpen in kaart te brengen, als onderdeel van de dubbele materialiteitsanalyse (zie het vorige blog). Doel twee is dat je met de uitkomsten van de dubbele materialiteitsanalyse informatie uit de waardeketen verzamelt die benodigd is voor de duurzaamheidsrapportage van de onderneming. Het gevolg van de beide doelen is dat je nu weet wat je precies nodig hebt voor je duurzaamheidsrapportage en bij welke ondernemingen je die informatie moet uitvragen.
De vraag is nu wat precies valt onder upstream en downstream en hoe je deze zaken in kaart brengt bij je klant.
Wat is upstream?
Upstream houdt in dat je niet alleen kijkt naar de belangrijkste leveranciers bij je klant, maar ook naar de belangrijkste leveranciers van die leveranciers. Hoe gaan zij bijvoorbeeld om met de arbeidsomstandigheden voor werknemers (de S van Social) en welke data is bij hen beschikbaar over hun uitstoot van CO2, afvalverwerking of over het hergebruik van materialen (de E van Environment)?
Wat is downstream?
Downstream omvat data over wat er met producten gebeurt nadat de onderneming (je klant) ze heeft verkocht. Verbruikt het product een enorme hoeveelheid elektriciteit? Hoe gaat de groothandel of webshop om met arbeidsomstandigheden of mensenrechten? Of is het product wel biologisch afbreekbaar, maar duurt de afbraak heel erg lang? Of is het een onderdeel van een eindproduct, dat wordt gemaakt van verschillende materialen waardoor het zeer lastig wordt om recycling efficiënt uit te voeren? De rol van de consument als eindgebruiker is ook belangrijk, want als bijvoorbeeld het product na de gebruiksduur naar een speciale locatie moet worden gebracht om te recyclen, dan bestaat de kans dat het product door de consument toch gewoon in de grijze container wordt gedaan.
Het besef van de relatie tussen downstream en upstream in een bedrijfsketen onderstreept het belang van de waardeketen en steeds meer ondernemingen publiceren hierover meer informatie. Een paar voorbeelden:
Hema heeft op haar website al gegevens opgenomen over hoe ze omgaan met leveranciers, inclusief een lijst met hun upstream-leveranciers. Daarnaast zien zij geen onderscheid tussen upstream of downstream qua belangrijkheid, want ze zeggen dat “iedereen gelijk is, of je nu een werknemer, zakenpartner of klant bent.” Philips geeft leveranciers duidelijkheid waar ze aan moeten voldoen, door bijvoorbeeld een lijst met gereguleerde stoffen te publiceren. Albert Heijn had in het duurzaamheidsverslag over 2022, niet gecontroleerd door een accountant overigens, een apart hoofdstuk opgenomen over samenwerking in de keten. |
Tot hoe ver moet je gaan bij het in kaart brengen van de waardeketen?
Een onderneming verzamelt duurzaamheidsinformatie voor gebruik in de duurzaamheidsrapportage over haar up- en downstream-waardeketen. De onderneming moet hiervoor ‘een redelijke inspanning doen’ (ESRS 1 paragraaf 69). In alle andere omstandigheden mag de ontbrekende informatie geschat worden op basis van o.a. schattingen en sectorgemiddelde gegevens.
Ondernemingen die moeten voldoen aan CSRD moeten over veel data rapporteren. Dit betekent niet dat over alle datapunten dan ook informatie aangeleverd moet worden door de partijen in de waardeketen. Voor ondernemingen die niet hoeven te voldoen aan CSRD, denk aan mkb-bedrijven zonder controleplicht, geldt dat zij niet meer gegevens hoeven aan te leveren dan zij zouden moeten doen als zij vrijwillig rapporteren op basis van de vereenvoudigde ESRS-standaard voor beursgenoteerde mkb-bedrijven, de ESRS-LSME. Naast de ESRS-LSME bestaat ook nog de ESRS-VSME en dit is de vereenvoudigde ESRS-standaard voor niet-beursgenoteerde mkb-bedrijven. In ons volgende blog komt de ESRS-VSME uitgebreid aan de orde.
In het besef van de waarde van de waardeketen, van bron tot eindgebruik, komt de essentie van duurzaamheidsrapportage tot leven. Elke schakel in de keten kan bijdragen aan een duurzamere toekomst.
Het aspect van de waardeketen speelt bij duurzaamheidsverslaggeving een belangrijke rol. Wil jij jouw klant hierbij helpen? Breng dan samen met je klant de waardeketen in kaart of neem een duurzaamheidsverslag van een branchegenoot van je klant door ter inspiratie!
Meer weten?
Meer weten over alles rondom het thema duurzaamheid in de accountancy? Kijk op onze duurzaamheidspagina!